Ik kwam bij een reparatieviool een kam tegen die bij de E-snaar een anders dan gebruikelijke bescherming had. Soms zie je alleen een plastic hulsje om de E-snaar die na verloop van tijd zich toch ‘gewoon’ een weg baant en uiteindelijk het hout van de kam bereikt. Andere kammen hebben daar een driehoekje ebbenhout in zitten (en soms ook ter plekke van de A). Dat is veel harder en biedt meestal voldoende weerstand tegen inkerven. Deze keer was er een wat complexere methode gevonden door een stukje been te vormen, zodanig dat de E wel contact maakte met het hout van de kam maar er niet verder in door kon dringen. Zie foto’s:
Een elegantere methode, die ik ook nog wel eens toepas, is een beensplinter in een meskerf (van een scherp mes) gelijmd. Dat zie je bijna niet en voorkomt ook dat een E snaar in de kam "vreet" In sommige kammen van wijlen vioolbouwer Vedral uit den Haag kom je deze oplossing ook tegen.
Dit lijkt meer op perkament. Heb ik zelf ook al een heel aantal keer gedaan. Ik weet dat secondenlijm niet de meest elegante oplossing is maar het perkament wordt er wel heel hard van. de inkeping voor de snaar kan je er dan gewoon indrukken
Waar heeft het woordje 'dit' betrekking op? Zelf plaats ik bij de betere kammen een stukje perkament wat ook ik met secondelijm aanbreng. Dat gaat ook heel goed voor de A-snaar bij een cellokam Rechter afbeelding):
In plaats van perkament (is soms iets te dun) gebruik ik ook wel (gebruikt) trommelvel (er sneuvelt in een orkest nog wel eens een paukenvel) dat iets dikker, sterker en harder is. Van een boekbinder kreeg ik eens een stukje heel dik perkament (omslagperkament heet dat geloof ik), voor cellosnaren die net iets hoger moeten.
Ik heb ook wel eens gelezen dat een oud banjo-vel goede diensten kan bewijzen. Het moet dan natuurlijk geen synthetisch vel zijn. Met zo'n pauken- of trommelvel kun je 100 jaar vooruit lijkt me!