Ik heb opgemerkt dat mijn viool soms onderhevig is aan klankverandering. Ik heb wel eens gelezen dat dit kan komen door vochtigheid en temperatuur verschillen. Hierdoor schijnt de hals iets te kunnen torderen. En die verandering van de halshoek zou dus invloed hebben op de klank. Of het waar is weet ik niet.
Hoewel ik geen viool speel, maar cello, herken ik wat variatie in klank wel. De ene dag zjjn de wolven ook wat wakkerder dan de andere. Op zich vind ik het ook wel logisch; hout reageert nou eenmaal op vochtigheid en temperatuur. Maar wat er nou precies gebeurt...misschien dat onze bouwers daar iets van kunnen zeggen?
Over wolftonen is elders een uitgebreid onderwerp op dit forum te vinden. Hout is inderdaad gevoelig voor verschillen in temperatuur en vochtigheid. Temperatuursverschillen zullen in het algemeen wat sneller plaats vinden dan verschillen in vochtigheid. De vochtopname (en ook afgifte) verloopt veel trager, waardoor het best wel een tijd kan duren voordat het instrument weer in evenwicht is gekomen. Met in evenwicht komen wordt bedoeld dat de opname even snel gaat als de opname. Bij een cello is dat veel kritischer omdat daar veel meer materiaal meedoet dan bij een viool. Ook is een cello veel gevoeliger voor wolftonen. Opname van vocht doet de houtcel zwellen zodat de bladen als totaal onderhavig zijn aan een iets andere dikteverdeling. Het bovenblad (Fichte) is daar gevoeliger voor dan het achterblad (veelal Esdoorn). Die kleine verschillen kunnen echter net voldoende zijn om anders te klinken en om een wolftoon te produceren.
Het hele strijkinstrument is van hout gemaakt en alle hout is gevoelig voor vocht (uitzetting) en droogte (krimp) bovendien is lijm (van dierenhuiden) ook nogal gevoelig voor vocht. De halshoek (elevatie) kan bij vocht of droogte iets dalen c.q. stijgen. Dat heeft allemaal invloed op het instrument en zijn/haar klank. Veel strijkers gevan aan dat hun instrument bij flinke droogte minder goed klinkt/aanspreekt. Hoe dat komt: ik vermoed dat vochtiger vezels soepeler zijn dan droge, maar heb daar geen onderzoek naar gedaan. Mogelijk is daarover in de litteratuur iets te vinden (voor wie tijd over heeft)
Verandering in halshoek komt eigenlijk alleen maar merkbaar voor bij de cello (en contrabas) omdat de lengte van de toets een vermenigvuldigingsfactor is voor een kleine wijziging. Het gaat dan om hoogteverschillen tussen einde toets en bovenblad van enkele millimeters!