De Violisten.

Discussie in 'Overig' gestart door Tobias, 22 feb 2014.

  1. Tobias

    Tobias |♫♫|♫

    Lid geworden:
    13 jul 2013
    Berichten:
    4.540
    Toen ik een kind was liepen er veel straatmuzikanten bij ons in de buurt, de tijden waren slecht zo rond de vijftiger jaren en edel en onedel liep met een muziekinstrument langs de deuren.
    Zo kwam er ook ongeveer één maal in de maand een Violist bij ons langs, het was een keurige oudere heer die duidelijk betere tijden had gekend, altoos was hij gekleed in een vale regenjas, was het koud dan had hij een hoedje op het hoofd was het warm dan liep hij blootshoofds.
    Maar wat mij het meeste aan hem opviel was zijn hoofd, het was een scheef hoofd, het was alsof hij altijd een Viool onder zijn kin had, lang kon ik er over nadenken was zijn hoofd nu scheef uit zichzelf of was het scheef gegroeid omdat hij er al jaren een Viool onder hield, ik kwam er niet uit en vragen dorst ik het niet.
    Zijn Viool was een verhaal apart, alle lak was er af het was dof en kleurloos en het instrument werd bij elkaar gehouden door vele kleine plakkertjes, die door de jaren heen steeds talrijker werden.
    De Violist sprak nooit één woord hij was stil en bescheiden het was alsof hij schaamde voor zijn beroep, stond hij voor de deur dan deed hij enkele streken, het schril piepende geluid wat hij dan produceerde deed mijn Moeder snel naar haar beurs grijpen om het maar weer gauw te doen stoppen, met een knikje bedankte hij beschaamd en liep hij weer verder met zijn scheve hoofd, zijn Viool bij regen onder zijn jas verbergend.

    Op het bedrijf van mijn Oom Niek die een blikfabriek in de Zaanstreek had, kwam ook altijd een Violist, deze was echter uit ander hout gesneden dat was een echte artiest, zwierig liep hij met zijn instrument rond en hij noemde zichzelf de "Optimist" en dat was hij ook, altijd vrolijk en vol grappen deed hij zijn ronde door het bedrijf.
    Maar ja de mannen die daar de gehele dag blikken bussen stonden te solderen hielden natuurlijk ook wel van een grapje, en menigmaal werd er een dubbeltje of een kwartje vast gesoldeerd en dan kon hij het niet los krijgen, ook branden de Optimist wel zijn vingers als de kerels het muntje stiekem met hun soldeerbouten hadden verhit, ja het leven was toen hart ook voor een Optimist.
     

Deel Deze Pagina