Kan iemand mij wat meer uitleg geven over wat de man precies bedoeld bij 2.50 over de darmsnaren en de krul? Dat snap ik niet helemaal.
Volgens mij hebben ze een ruimte gemaakt in de krul, zodat je de snaar als je die door het gaatje van de sleutel duwt, deze wat verder kan duwen, zodat deze derhalve bij het opspannen van de snaar, niet uit het gaatje glipt. Ook bij de viool is de A snaar het moeilijkst door het gaatje te te duwen omdat de sleutel van de A snaar het verst in de schroevenkast zit.
Als je een stevige pincet in je vioolkoffer hebt kun je heel gemakkelijk het einde van de A- snaar er verder doortrekken. Je steekt eerst een deel van de snaar in het gat van de stemsleutel, draait de sleutel een stukje door en trekt dan het uitstekende deel verder door met de pincet.
Het kàn dus wel, dat het instrument wat al tijden op zolder aan het verstoffen is, een meesterwerk is! Hoewel het meestal tegenvalt... Waar ik dan ook heel nieuwsgierig van word: is het werkelijk mogelijk op basis van puur het bekijken van het instrument, al de conclusie te trekken dat het bijzonder mooi zal klinken?
Als het instrument bouwtechnisch gezien zeer slordig is gebouwd waarbij het materiaal eigenlijk inferieur is en de bladen vele malen te dik zijn, durf ik wel te zeggen dat die niet zal klinken. Maar aan de andere kant, wanneer het instrument met zorg is gebouwd, uit goed geselecteerd materiaal, dan wordt het moeilijk om daarvan op voorhand te zeggen dat die zal klinken als een klok.
