Objectief verschil in de houtdichtheid blijkt in oude violen niet hoger of lager te zijn dan in moderne. Maar op jaarringen niveau wel twee keer zo gelijkmatig verdeeld. Objectieve verschillen tussen de 18e eeuwse violen uit Cremona en de violen van nu is het gelijkmatiger hout. De gelijkmatigheid zit hem in de verhouding tussen de dichtheid van het voorjaarshout en van het hout dat later in het jaar is gevormd. In de oude violen is die verhouding veel evenwichtiger. Vrij overgenomen uit: evenwichtiger.http://www.nieuws.leidenuniv.nl/nieuwsarchief/een-stradivarius-is-echt-anders.html Tobias.
ik citeer: En voor zover ik begrepen heb, is dat nog maar de vraag. Zijn er niet onderzoekjes geweest waarin kenners blind gingen luisteren naar de oude meesters en moderne topstukken en geen verschil in klank konden ontdekken?
Dan zou je dus als experiment een viool moeten bouwen van oud hout. Van hout van oude esdoorn kastjes en van sparren vloerbalken. En wat dan al dat toch weer "nieuw" klinkt?
Ik ben ervan overtuigd dat nieuwe instrumenten niet slechter klinken dan oude meesterinstrumenten; daarvoor zijn er teveel zeer tevreden violisten die erg blij zijn met hun instrument. Je kunt volgens mij hooguit spreken van een andere klank in plaats van een betere klank. Bovendien, het is hier wel vaker gezegd, klank is een persoonlijke ervaring, wat de een mooi vindt, vindt een ander niet mooi. Tenslotte: een Stradivari of Guarneri is is niet beter gebouwd dan een goed modern instrument, de constructie is precies gelijk! Zelfs een niet al te duur Chinees instrument is meestal net zo mooi gebouwd als een oude viool, ik heb daar genoeg voorbeelden van gezien. En wees eerlijk: veel variatie kun je niet maken bij een instrument van slechts 35 centimeter lang. Ook de afwerking heeft haar grenzen.
De lengte heeft er niets mee te maken, maar de variatie die kan worden aangebracht is eindeloos. Het is niet anders.
Waarschijnlijk wist Stradivarius feilloos welk klankhout geschikt was voor welk type instrument. Maar ik denk dat ook hedendaagse bouwers dit gevoel van intuitie wel hebben. Wel is de trend in orkesten nog steeds dat je gehoord moet worden, wat ook weer eisen stelt aan het klankvolume. Dat maakt dat niet elk instrument daar ook geschikt voor is. Ik denk dat het een goed idee zou zijn als er meer overleg zou zijn met spelers wat ze precies zoeken in de klank van een viool zodat bouwers daar rekening mee kunnen houden.
Filip Kuijken, die barokviolen bouwt, constateert dat er tegenwoordig ook barokviolen gebouwd worden die nog meer snaarspanning hebben dan moderne violen, een gevolg van de tendens tot groter volume!
Dat is een interssante opmerking, want bij een Barokviool is er eigenlijk alles aan gedaan de kamdruk die ontstaat door de snaarspanning zo laag mogelijk te houden c.q. te krijgen: onomwikkelde darmsnaren, een kleine halshoek en een lager zadel met een Barokstaartstuk. Het is me een raadsel hoe je dan de kamdruk kan opvoeren om een groter volume te bewerkstelligen terwijl je het dan toch hebt over een Barokviool. Liuwe, heb je ergens een bron waar men je bewering kan toetsen?
Op de site van Filip Kuijken (broer van..) staan wel meer opmerkelijke zaken: http://www.kuijkenviolins.com Ik heb eigenlijk nog nooit werk van hem gezien, maar ja, hij werkt ook in Japan.