Beste Juupje, Ik heb nog wat veldwerk verricht en kom tot de volgende conclusie. Goede boeken over vioolbouw zijn er maar ze zijn zeldzaam en behoorlijk prijzig. Een van de grote meesterwerken is natuurlijk het boek van Otto Möckel, “Die Kunst des Geigenbaues”. Het is echter geel leerboek hoe je het moet doen (stap voor stap) maar meer een boek waarin de heer Möckel de hele constructie van de viool, het samenstellen der onderdelen en zo behandeld, terwijl ik dit schrijf realiseer ik me dat ik met deze omschrijving niet de hele lading van het boek dekt. Je moet het boek doorgenomen hebben, gelezen hebben wil je de waarde van dit boek kunnen inschatten. Natuurlijk zijn er een groot aantal boeken en boekwerkjes die over de bouw van de viool gaan, een ervan is een boek van Bruce Ossman, “Violin Making, A Guide for the Amateur. Leuk boekje maar je hebt er niets aan, ’t kost c.a. 19 euro en gaat heel oppervlakkig en slordig in op een manier om een viool te bouwen. Het boekwerkje geeft een globale maar slechte indruk van hoe je een viool hoort te bouwen. Ik heb het boekje ooit besteld en had direct spijt van de aankoop. Maar we zitten niet stil, in het geheel niet, en zijn aan het spitten gegaan. Natuurlijk zijn er sites zat van echte vioolbouwers waarin ze hun kunsten tonen en laten zien hoe ze hun instrumenten bouwen. Michael Darnton is er geloof ik een van. Maar ik heb toch nog een site gevonden waar een enthousiaste amateur met heel veel foto materiaal zijn vorderingen laat zien. Kijk eens op: http://s11.invisionfree.com/Stringe...hp?s=f59c4402d58374f63a4cdc963038296e&act=idx Remi
Ik ken het boek van Otto Möckel al een jaar of 40, heb het vele jaren geleden gekopiëerd en een jaar of vijf geleden zèlf aangeschaft om van de slechte kwaliteit van de foto’s af te zijn. Ben het niet met Remi eens en vind dit absoluut geen boek dat even globaal de constructie van de vioolbouw behandelt, in tegendeel zelfs: het is een lijfwerk waar zeer precies wordt omschreven hoe iets moet worden aangepakt in een prachtig Duits! Er wodt wel enige kennis verwacht van houtbewerken en natuurkunde. Ik grijp zo af en toe nog wel eens dat boek om te zien, hoe deed Otto het ook al weer. Leerboeken bestaan niet, je moet het zèlf leren. Met Möckel’s werk kan dat een uitstekend uitgangspunt zijn. De website waarnaar Remi verwijst is er eentje waar de echte Amerikaan zichzelf niet loochent: het gaat een beetje zo in de trant van “Kijk mij eens: ik heb nu al mijn tweede viool gebouwd en wat vinden jullie ervan?” Een ieder dient zich nu lovend uit te laten over het geweldig(?) gebouwde instrument door M.A.T.T.. Persoonlijk ben ik niet zo gecharmeerd van dit soort opschepperij, maar goed ik ben ook geen Amerikaan die op meerdere fora zijn ‘kunsten’ wil showen met vele foto's die de voortgang moeten laten zien. Deze persoon verwacht eigenlijk ook alleen maar lof. In het forum van Maestronet werd er door de leden een duidelijk signaal afgegeven aangaande zijn gereed gekomen tweede viool met fotomateriaal waarop niemand -heel wijselijk- reageerde. Typisch Amerikaans overigens, maar tekenend voor de persoon.
Bij www.geige24.com kun je het boek van Möckel bestellen voor slechts € 29,95! Het is een soort licht bewerkte herdruk in een harde band. Mooi boek! Trouwens, van de Stewart-Macdonald vioolbouwpakketten staat de hele bouwbeschrijving in PDF-formaat ter beschikking, vol met zeer handige tips!
Frits, Sorry, maar ik heb het weer eens voor de zoveelste keer, ‘k zal maar zeggen half omschreven. Wat ik eigenlijk bedoelde te zeggen is dat het boek “Die Kunst der Geigenbau”, juist niet een boekwerkje is waarin je 1,2,3 eventjes een viool leert bouwen, een boekje hoe je het even moet doen. Misschien omschrijf ik het nu wat beter als ik zeg dat het boek – ondanks dat het al een aantal jaartjes in omloop is – niet alleen een naslagwerk is maar eigenlijk een beetje de bijbel der vioolbouw. In het boek kun je (ik in ieder geval) uren zitten lezen, spitten, opzoeken, naslaan. Ondanks dat het boek al redelijk oud is, is het heden ten dage nog steeds niet verouderd. Ik hoop dat ik het nu een beetje beter formuleer. Voor wat betreft de link naar dat forum met de vioobouwer(t) uit de US of A. Ik kwam de site tegen en heb eigelijk geen eens naar de teksten gekeken, puur naar de foto’s, gewoon leuk om te zien hoe een viool ongeveer gebouwd wordt. Ik heb ergens nog een of andere site van een vrouw die o.a. ook een viool heeft gebouwd, zij is een stuk serieuzer en heeft er een fotografisch verslag van gemaakt. Maar ben de URL kwijt. En wat de opschepperij van M.A.T.T. betreft, ach… laat eens horen hoe het instrument klinkt, laat eens voelen hoe het instrument zich laat bespelen, hoe het reageert, hoe het zich laat bespelen, of kunnen we beter naar de chinees voor een.. viool. Maar het is net wat je zegt, een Amerikaan, look at me. Maar goed ik wilde eigenlijk alleen maar laten zien dat er niet alleen professionele/ beroepsmatige vioolbouw plaats vind maar dat er ook amateurs zijn en hobbyisten die violen bouwen. Frits, Gelukkig leer ik je in de loop der tijd beter en beter kennen en durf dus de gewaagde uitspraak te doen dat je tot geen van beide groepen gerekend mag worden. Niet beroepsmatig aan de vioolbouw, wel met dezelfde gedrevenheid, dezelfde accuratesse! En dat voor een hobbyist! Groetjes, Remi
Ik heb je link even bekeken en het viel me op dat de foto en de omslag er anders uitzien dan de uitvoering die ik heb: "Die Kunst des Geigenbaues". Hier heet het boek opeens: "Geigenbaukunst". Verder lijkt het alsof er geen voorwoord van Franz Winckel bij zit, maar daar mis je niet veel aan. Ook de hoofdstukken, foto's en tabellen lijken me dezelfde evenals het aantal pagina's. Kortom, ik zou dit boek voor een ieder (Juupje!, Remi?) die geïnteresseerd is in de vioolbouwkunst van harte aan bevelen en voor deze prijs is dat echt ongelofelijk! Ik heb er een jaar of vijf geleden bijna NLG 160,= voor betaald. Als ik dat geweten had......
Prof.Dr.Ing. Fritz Winkel hat das Buch bearbeitet, heeft ook de voorwoorden bij de tweede en derde druk geschreven, het is een Lizenzausgabe voor Nikol Verlagsgesellschaft mbH & Co. KG Hamburg, 2005. Je kunt aan de opmerkingen over veranderingen aan originele halzen (in de noten) merken dat de tekst kritisch is nagekeken. met hulp van Geigenbaumeisterin Olga Adelmann, einst Schülerin Otto Möckels. Een mooi boek!
Bingo, Voor die kleine 30 euri gaat deze jongen gewoon het boekje bestellen. Tot nu toe het boekwerk meerdere malen mogen meenemen vanuit de Haagse Bieb en menig maal veel te laat terug gebracht. Liuwe, Thank you verry thinges Remi
Die Olga moet dan toch al behoorlijk op leeftijd zijn? Otto is in 1937 in Berlijn gestorven, kort nadat Olga in 1934 zijn leerlinge werd. Laten we eens aannemen dat ze toen 23 jaar was, dan zou ze nu 103 jaar zijn! Eens kijken of Google er wat over kan vinden...... Ja, gevonden: http://www.stringsmagazine.com/issues/strings89/MarketReport.shtml Olga werd in 1913 geboren en overleed in mei 2000, dus op 87 jarige leeftijd. Begon dus op 21-jarige leeftijd als leerling. Och, toch geen slechte schatting van mij, toch? Dat betekent, dat de nieuwe uitgave van dat boek is bijgewerkt tot 2000. Maar inderdaad: een boek om te hebben!
Dat betekent, dat de nieuwe uitgave van dat boek is bijgewerkt tot 2000. Maar inderdaad: een boek om te hebben! Frits, Daar kan ik mij alleen maar bij aansluiten. En dus ga ik het ook maar bestellen. Een tijdje geleden heb ik van H.S. Wake zowel 'the technique of violin making' als 'Amateur fiddle makers Q(uestions) and A(nswers)' aangeschaft. Dit in verband met mijn geheime wens 'ooit', dus na mijn pensioen, eens te gaan denken aan mijn eerste schreden op het vioolbouwpad. Daar hoef ik op dit moment, gelet op mijn werk, niet aan te denken. Die boeken heb ik dus nauwelijks ingekeken. Om dezelfde redenen ben ik ook minder vaak op deze groep te bekennen dan ik zou willen. Maar misschien doe ik daar anderen juist wel een plezier mee Overigens heb ik niet de indruk dat je vioolbouw leert uit een boek. Niet in het minst vanwege het feit dat ik, voor mezelf sprekend, niet zo vreselijk handig ben. Ik ben er zo een die iedere keer aarzelt of hij nou op het potloodstreepje moet zagen of er juist naast . Kortom, dit schreeuwt om begeleiding. Nou heb ik wel eens gehoord van een vioobouwcursus in Assen. Maar in Voorburg woonachtig (en niet in het bezit zijnde van een auto - mijn enige principe) betekent dit, dat ik zo ongeveer op vrijdagavond de treinreis kan aanvaarden. Dus vraag ik mij af of er, wat dichter bij het huis, niet ook nog een cursus bestaat. Een tweede punt betreft het gereedschap. Ik heb wel eens in werkplaatsen van vioolbouwers rondgekeken en de hoeveelheid gereedschap die ik daar ontwaarde was nogal indrukwekkend. Heb je dat, ook als amateur gelijk&allemaal nodig? Ik heb, in een eerder leven, jarenlang luidsprekers en buizenversterkers gebouwd (die dingen met radiolampen). En dat ontaardde bij mij in zolders vol onderdelen en heel specifiek gereedschap. Ik ben eindelijk die zetbank kwijt . En ik krijg een beetje de indruk dat vioolbouwen resulteert in een, qua omvang, zelfde hoeveelheid materiaal en gereedschap. Heeft iemand een opbeurend woord? Groet, Hopf
Beste Hopf, Vioolbouwen leer je inderdaad niet uit boekwerkjes, niet uit lezen en nog eens lezen. Zelf ben ik als (wanabee) vioolbouwer ook slechts aan het begin van de lang weg die vioolbouw heet. Het lezen en bestuderen hoe een viool gebouwd wordt hoort naar mijn mening een beetje parallel te lopen met het doen, het bouwen. Opleidingen voor vioolbouw zijn er natuurlijk niet voor niets, maar het lijkt me voor de amateur best haalbaar om een instrument te bouwen. Zelf zou ik het ook prettig vinden om een cursus hier in de buurt te vinden, maar voorlopig moeten we het stellen met o.a. Assen en ik dacht Arnhem. Aan de andere kant zijn we natuurlijk gezegend met ons forum. Hoewel het hier van tijd tot tijd erg rustig kan zijn lijkt het de laatste dagen wel of een ieder uit zijn winterslaap is ontwaakt. Gelukkig kunnen we hier in onze eigen taal vragen wat we willen, en krijgen we veelal ook reacties die ons de goede kant op sturen, of een tik op de vingers als we het weer eens bij het verkeerde eind hebben. Vioolbouw is doen, doen en nog eens doen. Voor het een beetje behoorlijk snijden van een hals heb ik zeker vijf of zes stukken oefenhout naar de … (puntje, puntje, puntje) geholpen voordat ik het waagde om aan een echt stuk Esdoorn te beginnen. Ik ben o.a. met elzenhout (vrij zacht) begonnen om eerst de vervolgorde goed onder de knie te krijgen, en in stapjes het juiste gereedschap aan te schaffen. Natuurlijk heb je een paar beitels, gutsen en een zaag nodig. Voor het zagen van de hals gebruikte ik eerst een handzaagje maar ben inmiddels overgeschakeld op een motorfiguurzaag. Het apparaat dat ik heb is een semi-professionele machine die ik via marktplaats heb gekocht en waar de zaagjes van mijn handzaag perfect in passen. O.K. ik moest er voor wel even van ons Haagse stulpje naar Oss rijden maar ik heb dan ook voor c.a. 75 euro een motor figuurzaag die in de winkel een kleine 200 euro zou kosten. Voor de rest, wat gutsen en beitels, een fijne handzaag, een schopzaagje (liefst een Japanse trekzaag), een workmate (sorry Frits, daar is hij dus weer), een slijpmachine een aantal wetstenen, polijstschijf en zo. Nu ben ik aan het sparen voor o.a. een Tormek (nat)slijpmachine en een aantal schaafjes. Beetje bij beetje koop ik wat en helaas is veel van het gereedschap redelijk prijzig. Ik mijd het woord “duur” want het is niet duur als je er zuinig op bent plus dat het vaak jaren mee gaat. Alles bij elkaar gaat het inderdaad om een (nu al) behoorlijk bedrag. En dan heb ik nog eens het geluk dat een collega van mij (andere vestiging) ook aan vioolbouw heeft gedaan en ik een deel van zijn spulletjes heb gekregen. Kijk ik echter naar de hoeveelheid gereedschap die o.a. Katharine Meierot gebruikt dan valt het best wel mee hoor. Het gereedschap is weloverwogen aangeschaft, van goede kwaliteit, gaat jaren mee en wordt goed behandeld (blijft scherp). Om nu te denken van ik ga een viool bouwen want dan ben ik goedkoop uit. Nee, die droom gaat niet, totaal niet op. Buiten de kosten voor je gereedschap, je hout, je leerstof (mislukkingen) de tijd en zo is het veel goedkoper om een goed instrument te kopen. Ja, tot een heel goed instrument zelfs. Maar toch, het is zo een heerlijk gevoel als je een onderdeel af hebt gekregen, ik noem dan een herkenbaar deel, de hals, de mal en zo. Frustraties, nee hoor helemaal niet, totaal niet. Nog nooit heb ik een hele avond zitten snijden om vervolgens een keer uit te schieten en *&^%($%(&^ weer overnieuw beginnen, nee hoor is me nog nooit overkomen. Nog nooit heb ik (bijna) zitten huilen met de gedachte dat het me nooit zou lukken, omdat het weer eens mis ging met het zagen. Ach, nu ook met het topick over “Kamproblemen” ben ik eigenlijk weer aangespoord om dat stukje weer op te pakken en te kijken of ik een “goede” kam kan “snijden” voor op mijn Chineese “flut”viooltje. Telkens weer een stukje vioolbouw om er bij te leren, niet een vraag maar tientallen vragen. De toets, de kam, het buigen van de zijkanten, het lijmen van de twee delen van het voor en achterblad, het opmaat maken van de stapel, de basbalk, het insnijden van de randinleg, het inleggen van de (hoe kan het ook anders) de rand inleg. En ga zo maar door. Eigenlijk een complete cursus vioolbouw online (theorie). Ach, met de luidsprekers (IMF) is het ook gelukt en met de “lampenbakken” is het toch ook gelukt. Gewoon door blijven gaan, een beetje spelen, een beetje bouwen, een beetje… tijd te kort komen. Remi Oh ja kijk eens op de site van Pro-Arte uit België, Geuzenstraat. Antwerpen. http://www.proarte.be/
@Hopf & Remi, Proberen of ik wat “opbeurende woorden” kan spreken: Ik heb ooit ook de boekwerkjes van H.S. Wake aangeschaft en kom tot de conclusie dat ze kwalitatief gezien niet in verhouding staan tot die van bijvoorbeeld ene O. Möckel. Wake benadert veel zaken op een manier die mij doen denken aan de knullige doe-het-zelver. Zo maakt hij rustig schraapstalen van in een ronde vorm gebogen afgedankte zaagjes. Een aantal hulpgereedschappen zijn nogal erg simpel en daarom wat minder nauwkeurig dan ik zou willen, zodat ik zijn idee meestal omzet naar mijn idee, zodat het tenminste werkt volgens mijn eisen. Zo heeft zijn meetapparaat voor de meting van de welvingshoogte mij uitgedaagd tot een beter ontwerp en die kon ik heel simpel zelf bouwen, zonder kosten en zeer geringe inspanning. Nou, als dat niet opbeurend is..... Frits
Frits&Remi, Bedankt voor de inderdaad opbeurende woorden. Ik heb, lang geleden, motorfietsen gereviseerd (inclusief koppeling) en luidsprekers en buizenversterkers gebouwd zonder vooraf te worden gehinderd door iets als theoretische kennis. Die kwam 'al werkende weg' wel. Een soort intuïtieve aanpak. Maar bij de gedachte aan vioolbouw kreeg ik knikkende knieën en verschool ik me achter de 'noodzaak' van een werkplaats vol gereedschap. Alsof het dan wel in één keer goed zou gaan Ik denk dat ik, inderdaad, theorie en praktijk maar hand in hand laat gaan. We zien wel. En ik heb genoeg marktplaatsviolen om te kijken hoe ze er van binnen uitzien Hopf
Hopf, Nu mag ik toch hopen dat je in staat bent de reparatiewerkzaamheden wat professioneler uit te voeren dan het hieronder staande plaatje, waar een vioolbouwer nogal bedreven is in het werken met “naald en draad” en vooral met het accent op “draad”: Mag je nog van geluk spreken dat de dikke soldeerbout er niet te pas is gekomen .
Frits, Ik zal de verleiding proberen te weerstaan om te vragen wat er dan fout is aan deze 'reparatie' Aan de andere kant, om nou voor een paar van die scheurtjes dat hele bovenblad te verwijderen ........... Enige tijd geleden werd op 'Marktplaats' een viool in goede staat aangeboden. Maar eerlijkheidshalve werd er bij gezegd dat er in het achterblad twee gaten waren geboord. De viool had namelijk in het verleden aan de muur gehangen Overigens memoreert Couturier in zijn boek over violen een cellist die in de zijkant van zijn Stradivarius een gat liet boren om de stapelverplaatsingen beter te kunnen volgen. Laat licht&lucht uw woning binnendringen ....... Voor harskernoldeer zie ik overigens niet zo'n toekomst in de vioolbouw. Maar wellicht wel voor bouwkit. Hopf
Hopf schreef: “Voor harskernsoldeer zie ik overigens niet zo'n toekomst in de vioolbouw. Maar wellicht wel voor bouwkit” Ik doelde op het solderen van het draadje (op bijgeleverde foto) in plaats van tegen elkaar in draaien en de einden met een zijkniptang afknippen. Solderen zou toch iets eleganter zijn geweest. Over bouwkit en aanverwante artikelen: neem een houtrotvuller, kneedbaar hout en een goede elektrische schuurder. Daarna met een goed kleurtje snel drogende acryllak uit de spuitbus en iedere Marktplaats-viool is weer (zo goed) als nieuw .
Pracht van een reparatie niets dan lof. Zelfs “ik” zou niet op een dergelijke techniek gekomen zijn. Alleen, zelf zou ik het (achteraf gezien), als het een echte Strad was geweest met, of koperdraad (risico op koperoxide) of met zilverdraad gedaan hebben. O.k. het kost wat maar dan heb je ook wat. Een kostbaar instrument ga je natuurlijk niet met draad en garen repareren, minstens zilverdraad ’t moet niet gekker worden, straks lijmen ze je bovenblad nog met cellotape. Sorry plakband. Want cellotape is alleen voor…cello’s. Beenderlijm is alleen voor… benen, Huidenlijm is alleen voor huidtransplantaties. En laten we nu maar gelijk de puntjes is even op de I zetten: De basbalk hoort gewoon uit het bovenblad gesneden te zijn en niet ongelijmd, pure onzin, het hout zit er toch dus laat het lekker zitten. De kam en al die problemen, gewoon een stevig stuk hout nemen en vastlijmen, niet moeilijk over doen, de kam zit er enkel en alleen om de haren (sorry snaren) uit de war te halen en nergens anders voor. Lekker rond houden die kam, dat is goed voor de beweging van de arm. De lengte van de hals en de verhoudingen in mensuur, allemaal onzin. Al maak je de mensuur van ieder instrument anders ’t zal me een zorg wezen. Het is gewoon een kwestie van wennen en niet moeilijk doen. Lekker belangrijk, spelen en niet zeuren. Snaren, praat me er niet over. Gewoon pakken wat je pakken kan en op je instrument zetten, lekker belangrijk als je snaren te lang zijn. Veel rotter is het als ze te kort zijn. Lange snaren kun je afknippen, korte snaren lekker niet. En dan… Houd toch eens op met dat verspillen van hout, gebruik kunststof, veel beter, sterker, duurzamer. Gewoon een kwestie van… even wennen. Echt waar, geloof me nou maar. Wel een auto van aluminium, carbon, plastiek, siliconen, rubber dus waarom geen viool van plastik. Wel nog een kleine tip van de vakman/reparateur, niet solderen en zeker niet met harskern soldeer, dit tast de lak aan. Bert/Frits, wat vinden jullie er van? ’t Is toch zo! Steun me, please! Remi
Frits, Ja lach maar. Maar stel je nou eens voor dat in de tijd van Stradivarius dat hele assortiment bij de plaatselijke Gamma verkrijgbaar was geweest, wie weet hoe dat zijn ambachtelijke wijze van bouwen had beïnvloed. Hopf
Remi, Ik ben Bert noch Frits, maar ik heb bewondering voor je vooruitgangsgeloof . Maar ik vraag me wel iets af. Als je de bouw van (concert)vleugels in aanmerking neemt, treft het voortdurende zoeken naar nieuwere (betere) materialen en ook de toepassing daarvan. De omstandigheid dat sommigen het geluid van een Pleyel uit 1830 preferen, staat daar los van. Mijn vraag is dan ook: in hoeverre geeft de bouw van violen in de afgelopen de toepassing van nieuwe technieken en/of materialen te zien? Ik kom zelf niet verder dan de carbonstok Hopf
Aan de viool zelf is wat betreft materiaal niets veranderd; de toevoegingen volgen de mode meer: kinhouders, van bakeliet, plastic en nu ook van carbon. Snaren, i.p.v. darm en zijde, van staal, nylon, PET, koolstofvezel en nu met name ook PEEK. In de VS zijn al handelsversies van celli en alten van carbon (Luis&Clark, Quintus) maar om nu te zeggen dat die al algemeen aanvaard zijn: nee!
Hopf zei op 30-3-2006: “Als je de bouw van (concert)vleugels in aanmerking neemt, treft het voortdurende zoeken naar nieuwere (betere) materialen en ook de toepassing daarvan”. Bestaat de vernieuwing hier niet meer uit het verbeteren van de hamertechniek –of zo je wilt: technologie- dan in de verwerking van nieuw materiaal voor een klankbord? Dit is een beetje analoog aan de ontwikkelingen met de vioolbouw: alleen de periferie wordt van ander materiaal gemaakt. Het corpus, de krul en hals, blijven toch –op enkele uitzonderingen na- hetzelfde en worden nog steeds gemaakt van hout. Voor zo ver mij bekend wordt er in de vleugelbouw nog steeds hout gebruikt, meestal zwart met altijd een super hoogglans. Met ook hier en daar enkele uitzonderingen, want ik heb wel eens een vleugel gezien met een klankkast van dik plexiglas (pMMA). Kon je wel mooi doorheen kijken! Mogelijk dat er wel wat geëxperimenteerd wordt met de snaren, zoals dat ook bij de vioolbouw gebeurd? Maar ik ben geen expert op dit gebied, dus wie het weet mag het zeggen.