Ik houd van 'klusjes' aan muziekinstrumenten, omdat je dikwijls zoveel eer van je werk hebt. Zo pakte ik toen ik vijftien was de gitaar van mijn zus, die al acht jaar het huis uit was en niet naar het ding omkeek, en binnen een week had ik er andere snaren, een ander (benen) zadel en topkam op gezet, betere mechanieken in geschroefd en het ding in de Pledge gezet. Het resultaat rook én speelde een stuk beter. Een jaar later kwam ik voor bijles natuurkunde bij een leraar thuis die een mishandelde gitaar in de hoek had staan. Een week later was die volledig gestript, geschuurd, in vijf lagen gelakt, en van eveneens nieuwe hardware en snaren voorzien. Het ding was als nieuw, als op de dag dat hij hem als jonge knul voor Sinterklaas had gekregen. Ik was apetrots. Ook aan mijn electrische gitaren ben ik altijd blijven knutselen. Hoe simpel is het niet om bij een Stratocaster elk van de drie elementen zijn eigen schakelaar te geven? In-fase, uit-fase en uit. Zo heb je als gitarist niet drie keuzes maar zesentwintig, waarbij heel interessante. En dat dan nog in combinatie met de potmeters. Ook wat strijkinstrumenten betreft gaat mijn interesse uit naar de hardware. Ik had een cellospelend vriendinnetje dat op Kerstavond in een Haarlemse kerk zou spelen. Maar bij het inpakken viel het instrument om, en de stapel schoot los. Loerakker dicht, Van Tongeren dicht. Wat te doen? "Laat mij maar even", zei ik dapper, en met aanzienlijk meer bluf dan verstand. Van metalen tuindraad boog ik een lusje waarin ik de stapel klemde, en hem zachtjes op zijn plaats zette. Daarna met net zo'n draad boven- en onderkant aangetrokken via het nabije f-gat, en het concertje was in ieder geval gered. Van Tongeren heeft er de volgende dag wel nog geld aan verdiend, want natuurlijk was het niet optimaal. Toch was ik trots, en was de liefde voor strijkinstrumentgeklooi geboren en gebleven, ook toen de liefde voor de celliste bekoelde. Vandaag was het dan tijd om mijn eerste vioolkam te snijden. Ja, ik weet het, dat vereist inzicht, wijsheid, drie generaties ervaring, gezond verstand gemengd met hocus pocus, en op een ouwe viool moet je het leren. Maar toch ben ik best trots op het resultaat. Ik had een paar Teller-kammetjes op voorraad en de eerste vind ik al best aardig. Het bepalen van de hoogte was het meest kritisch, want die moest hoger zijn dan de kam die op de viool stond (rammelende e-snaar, te lage actie). De voetjes sluiten heel behoorlijk aan, al gaat het testpapiertje nét iets onder elk hoekje aan de achterkant van de voetjes, dus 100% perfect is het nog niet maar wel minstens 90% (kom er maar in, critici Voor de andere dimensies (dikte, bolling, hoogte of liever laagte van de voetjes etc.) heb ik het bestaande kammetje nagebootst. De viool klinkt absoluut niet slechter dan met de oude kam. Enige verschil is dat de oude kam een versteviging had voor de e-snaar en de nieuwe niet. De snaar die er op zit heeft niet zo'n beschermend plastic busje dat ik ter bescherming op de kam kan plaatsen om 'inslijpen' te voorkomen. Laat ik er dus maar een andere e-snaar, mét busje, op zetten want dat voorkomt dat de kam over een paar weken of maanden weggegooid kan worden. Ja, de echte vioolbouwer kan het honderd keer beter, en sneller, maar de reparatie zélf gedaan hebben vind ik honderd keer leuker. Een beetje als je kind naar de créche brengen vs. zelf voor je kind zorgen Klusje voor morgen: voor de Hopf-gitaar die ik eerder in dit forum toonde, een benen zadel en dito topkam maken. Dat kost mij uren zagen, schuren, vijlen, testen en bijstellen. Met mooie muziek er bij kan ik mij geen mooiere vakantiedag voorstellen! Hieronder enkele afbeeldingen van de viool. Met rechts klikken op een afbeelding en dan 'Open in een nieuw tabblad' kun je de foto gemakkelijk groter maken.
Leuk maar moeilijk werkje he! Heb je de kam bij geschaafd, geschuurd of afgestoken met een beitel en heb je een mal of houder gebruikt om de kam in te plaatsen? Persoonlijk vindt ik de kant aan te toetszijde namelijk een beetje rond, of bol. En een kleine tip, heb ik ook niet van mij zelf, als je het hout een beetje nat maakt snijd het makkelijker, en het mag zelfs met een beetje spuug. Remi
Doe een klein stukje zeemleer onder de e-snaar.. Zat er vroeger ook vaak bij! En natuurlijk kun je zelf wel een kam plaatsen: zoveel verschillende mogelijkheden zijn er niet. Veel vioolbouwers (en op dit forum zitten er vast en zeker ook) doen hier heel gewichtig over, die hebben het dan over vakmanschap en zo. Maar veel kun je niet verprutsen, zolang je van het eigenlijke instrument afblijft. Zo'n kam plaatsen levert weer veel ervaring op. Ken je het leuke Chinese apparaatje waarmee je de kamvoetjes heel snel passend op de romp krijgt?
het gaat natuurlijk niet om het plaatsen van de kam maar om het passnijden (kamvoetjes) en het vormgeven aan de kam zélf. Ik ben het met Remi eens, dat deze kam een wel heel evidente bolling heeft aan de toetszijde. Daarbij vind ik dat er nogal veel materiaal zit tussen de beide openingen: ze staan te ver uit elkaar naar mijn idee. Ik maak bij de betere -en dus duurdere- kammen die ik snijd, een perkamenten 'flapje' c.q. bescherming, die ik ter plaatse van de E-snaar aan de kam vast lijm. Ik zal t.z.t. eens kijken of er een afbeelding van is. Dat maakt een hulsje van plastic overbodig en voorkomt dat de E-snaar na verloop van tijd steeds verder de kam insnijdt, want zo'n hulsje is maar zeer beperkt werkzaam. Verder staat de kam van Minkema zo'n 2 á 3 mm te ver naar het noorden. Een denkbeeldige lijn die de kerven van de f-gaten verbindt, moet precies door het centrum van het kamvoetje gaan. Dat zou ook nog wel eens in kunnen houden, dat de stapel te ver noord staat. Uitzoeken en uittesten dus. V.w.b. de rand van de kam is die bij de E dunner dan de rest. Deze rand zou overal even dik moeten zijn: 1.5 mm. Vraag: wat is de dikte van de kam bij de kamvoeten? De kam lijkt me daar te dun, maar misschien is dat een verkeerde indruk die werd gewekt door de afbeelding?
Dag Remi, ja zeker een leuk klusje, maar wel secuur. Ik heb de bril vaker af dan op gehad (bijziend). Ik ben begonnen met de juiste maat af te tekenen (een millimeter hoger dan de oude kam). Toen de kam met schuurpapier op maat schuren (heel veel 80, toen 120, toen 220). Dat betrof dus vooral de bolle kant. Papier plat op de werktafel, kammetje er net zolang met de hand overheen halen en 'vormen' tot de juiste maat is ontstaan. Daarna het snijden van de voetjes, met een klein Stanleymes. Ook gewoon in de hand, niet in een mal. Eerst het nodige materiaal er af, en daarna het voetje passend maken met het 'Chinese apparaatje' waarvan Liuwe hieronder ook gewag maakt. Dat werkt erg gemakkelijk, en het resultaat is zoals gezegd minstens 90% passend. Je moet een beetje oppassen voor de druk die je uitoefent, zodat die links/rechts netjes verdeeld blijft. Tot slot de uitsparinkjes voor de snaren maken, en een beetje potloodpunt er in (grafiet, glijdt makkelijker). Dat was zo ongeveer mijn werkwijze. De kant aan de toetszijde is inderdaad wat bol, wat ik heb overgenomen van de bestaande kam. Ik las dat de kam aan die kant vaak niet geheel vlak is, maar hoe bol die wezen moet, en of minimale verschillen daarin werkelijk hoorbaar effect hebben op de klank, dat weet ik niet. De tip met het spuug ga ik volgende keer vast proberen! Al viel het snijden me best mee (dankzij een scherp mesje).
Dank voor je reactie, Frits. Ik kan je zeggen dat de bolling van de kam aan de toetszijde in het echt niet groot is. Komt het door de foto? Ik heb geprobeerd de bolling na te maken van de oorspronkelijke (professioneel gesneden Despiau) kam door te zien in welke mate hij 'wiebelt' als je de kam met de bolle zijde op een vlak oppervlak legt en dan afwisselend op de linker- en rechterzijde drukt. Dan komt de bolling van de nieuwe kam goed overeen met die van de oude. De hoeveelheid materiaal tussen de twee openingen is een kwestie van het ontwerp van de kam. De Teller is duidelijk anders dan de Despiau die er op zat. En ja, dat kan tot een andere klankkleur leiden, maar dat heb ik nog niet ontdekt (wat wellicht ook aan mijn amateuroren ligt). Ik plaats hier een foto waarmee je het verschil tussen de een en de ander kunt bepalen. De voorste is de oorspronkelijke kam, de achterste een onbewerkte versie van de Teller-kam. Je ziet duidelijk dat het ontwerp verschilt: de Teller heeft inderdaad kleinere gaten, en de afstand er tussen verschilt *iets*. Ook ligt het hart bij de Despiau duidelijk hoger, en staat die hoger op z'n voetjes. Door de hogere massa van de nieuwe kam zou er *iets* van energieverlies kunnen optreden, maar over de luidheid van deze viool heb ik toch al niet te klagen, en een té dunne of lichte kam brengt de complexe trillingen niet naar behoren over op het bovenblad. Dus het is zoals zo vaak een optelsom van plus- en minfactoren, en uiteindelijk telt wat je oren er van vinden. Over het "perkamenten flapje": ik was al benieuwd waaruit het beschermlaagje bij de Despiau bestond. Het lijkt op een doorzichtig laagje van kunststof. Is het dat ook? Liuwe had het over zeemleer, jij over perkament. Beide zijn van dierenhuid gemaakt. Perkament is harder/droger, dus dat heeft de voorkeur. Waar haalt een mens tegenwoordig perkament vandaan? Het enige dat ik in huis heb is een boekband uit 1617, maar die ga ik - filoloog zijnde - er niet voor versnijden Toch maar het zeemleer dus, uit de schoonmaakkast? Je hebt gelijk dat de kam teveel naar het noorden staat. Dat was de plek waarop ik de oude kam had gezet om de actie iets te verhogen en zo het gekletter van de e-snaar te verhelpen. Maar nu met de nieuwe kam kan hij natuurlijk weer naar zijn oude plaats. De stapel staat ca. een halve stapeldikte beneden de kerven in de f-gaten. Ik denk dat ik hem daar voorlopig maar even houd, tenzij ik ontevreden ben over het geluid. Maar stapels blijf ik liever van af, tenzij er een duidelijke reden voor is. Dat de bovenrand van de kam overal even dik moest zijn, was me nog niet duidelijk. Omdat de kam ook een bolling vertoont (moet vertonen?) betekent dit dat er bovenaan in het midden iets meer, en aan de uiteinden iets minder materiaal af moet. Een tweede leerpunt voor mij is de dikte van de voetjes, waar je terecht naar vraagt. Het blijkt dat die bij de nieuwe kam ca. een halve millimeter smaller zijn dan bij de oorspronkelijke Despiau. Dat was niet mijn opzet, maar heeft kennelijk zo uitgepakt. Dat betekent natuurlijk dat de snaardruk over een kleiner oppervlak verdeeld is. Dat moet een volgende keer dus beter. Dank, Liuwe, Remi en Frits, voor jullie adviezen en kritische blik. En wat is dit toch een leuk & nuttig forum.
Proficiat met je feestdag! Heerlijk als iets lukt en je er zelf zo helemaal gelukkig mee bent! Dat is het leuke van violen en viool spelen: je kunt er zo heerlijk van genieten! Fijn dat je ons laat meegenieten.
@Pleunie: Dank voor de gelukwens. Gedeelde vreugd is dubbele vreugd, niet? @Liuwe: Ik heb dat Chinese apparaatje speciaal voor dit klusje laten overkomen (was er binnen een week). Handig hoor! Wel vraag ik me af of de niet perfect passende voetjes (90% in plaats van 100%) er misschien mee te maken hebben dat je met dit apparaat de kam - wat overdreven gesteld - over een bolling heen sleept (de noord-zuid-bolling van het bovenblad). Daardoor kan het gebeuren dat juist van de randen van de voetjes nét een graad of 10-20 extra materiaal wordt afgeslepen. Dat lijkt me te voorkomen - ook een leerpunt voor de volgende keer - als ik de afstand waarover ik het apparaatje beweeg, beperkt tot de pakweg 4 centimeter ten weerszijden van de kerven in de f-gaten. Dan speelt het probleem van de bolling nauwelijks. Wat kan een mens toch klooien op de vierkante millimeter. Maar dat maakt het nu juist zo leuk!
Waarom zit die ‘bolling’ van de kam er eigenlijk in? Wanneer je beseft waarom dat zo is, kun je mogelijk ook een betere vorm aanbrengen. Het is zo dat de E-snaar lager ligt dan de rest van de snaren. Dat komt omdat de E-in bijna alle gevallen een stalen snaar is. Soms omwikkeld of gecoat, soms geheel kaal. Daar de frequentie ook nog eens het hoogst is van de vier zal er weinig amplitude zijn terwijl de spankracht het hoogst is. Daarom moet de E snaar dichter bij de toets zitten om het nog een beetje gemakkelijk in te kunnen drukken. Voor de kam heeft dat tot gevolg dat de kamboog niet symmetrisch is: lager bij de E! Wanneer die boog is aangebracht zal daarom de dikte van de kam bij de E groter zijn dan die bij de D en G. Omdat de bovenste rand zo’n 1,5 mm dik moet zijn, moet er een soort diktegradiënt worden aangebracht vanuit het centrum. De voetjes moeten die bolling niet in zich hebben! Maar die bolling moet bijna onzichtbaar zijn. Bij de kam van Minkema is die bolling te evident. Dat komt doordat de beide uiterste randen daar te rond zijn. Ik zou dan ook het schuurpapier laten voor wat het is en een super scherpe beitel ter hand nemen of nog beter: een klein vlak schaafje. Bestudeer eens een serie kammen op deze website, bespeur de verschillende vormen om oog te krijgen wat een mooie kam is.
Hier een linkje naar een site waar het een en ander staat over het passend maken van de kam. http://www.geigenbauonline.com/violinmaking-repairs-violinrepair-The-Bridge.html Remi
Zo'n stukje 'zeemleer' is ook maar heel beperkt in tijd werkzaam. Na verloop van tijd is ook dat stukje doorsneden en ben je weer terug waar je vandaan kwam. Je kunt eens proberen bij een muziekhuis (zo'n zaak die alles verkoopt waar maar geluid uitkomt), een afgedankt banjovel te bemachtigen. Dat bestaat uit perkament en is uitermate geschikt voor dit soort beschermingen van de kam bij de E. Als dat niet lukt is het wel te koop, maar het is vrij prijzig! Dat "Chinese apparaatje" lijkt me niks! Op die manier gaat een kam nooit en te nimmer perfect passen! Weg ermee! Je kunt met kalk op de plek waar de voetjes moeten komen een afdruk maken bij het exact plaatsen van de kam een halve millimeter bewegen doet de contact plaatsen voorzien van kalk. Daar moet wat worden wegge sneden om ervoor te zorgen dat het hele voetje contact maakt. In feite dezelfde methode als bij het pas maken van een zangbalk. Tenslotte zou ik je willen adviseren deze literatuur eens te bestuderen om er achter te komen wat de verdeling van massa 'doet' aan de klank. Het ligt wel een beetje anders dan simpelweg hier en daar wat weghalen.
Met dun, zeer fijn schuurpapier krijg je een kam toch echt zeer fraai passend op een bovenblad. Je moet het bovenblad met tape een beetje beschermen tegen het nylon wieltje en je moet de romp van de viool goed fixeren op een ondergrond. Het werkt natuurlijk goed als het bovenblad geen beschadigingen heeft op de plaats van de kam, dat kan bij oude instrumenten wel eens het geval zijn. Maar verder, Frits, een heel handig hulpmiddel, niks mis mee! Jouw "nooit en te nimmer" klinkt me wat al te absoluut in de oren. Je zou het apparaatje op z'n minst eens zelf moeten proberen voordat je een waardeoordeel velt. Er is in de vioolbouw nèt iets teveel van "zo hoort het, want zo hebben we het altijd gedaan". De grote bouwers uit het verleden deden soms ook maar wat, lees de beschrijving van graaf Cozio di Salabue maar eens over wat men aantrof in nèt geopende Stradivari-instrumenten. Wij kunnen het afwerkingsniveau van de klassieke instrumenten helemaal niet meer nagaan, omdat er zovele vioolbouwers met hun tengels aan die klassieke instrumenten hebben gezeten! Maar als A.S. te C. en vooral ook zijn zonen zo'n handig Chinees apparaatje hadden gehad: zij zouden het zeker hebben gebruikt, om hun productie te kunnen verhogen...
Een bewering die niet valt te bewijzen, dus..... roept u maar! Je hoeft het natuurlijk niet van mij aan te nemen, maar iemand die een kam passend probeert te krijgen met behulp van schuurpapier, zal daar niet in slagen. Tenzij het hem of haar dusdanig aan zelfkritiek ontbreekt, dat iedere kamvoet in diens optiek goed -of zelfs perfect- past. Ja, dan verleg je de norm dusdanig dat het altijd goed is. Jezelf voor de gek houden noem ik dat!
Ja, ik zie dat ook! De stapel zou aan de bodemzijde best een millimetertje (of zoveel als nodig is om hem exact recht te zetten) naar het zuiden kunnen.
Even iets anders, de zuidkant van de kam staat nu haaks op het bovenblad, ik heb meerdere violen en altviolen gezien waar de noordkant van de kam haaks op het bovenblad staat. Is dat iets vioolbouwers eigen, of zit daar nog een theorie achter? Misschien dat het een Zeeuwse afwijking is? :lol:
Het zal wel met de wind te maken hebben! De westkant en de oostkant van de kam (het duidelijkst aan de oostkant) laten ook een lichte bolling zien aan de noordkant: komt dat van het dunner schuren in plaats van schaven?
Oosterhof Vioolbouw heeft in #2 op dit forum bij topic: Plaatsing van de stapel dit gemeld als zijnde dat het zo hoort. Maar, zoals gemeld, heb ik een aantal violen en altviolen gezien waarbij de bolling aan de staartstuk zijde zit en de haakse kant t.o.v. bovenblad aan de toets zijde. Daarom ben ik benieuwd of het echt slecht is de haakse kant aan de verkeerde kant te hebben. De hoek van kam t.o.v. snaren is dan dus ook niet gelijk.... (zoals zou horen). Ik raak momenteel even mijn richtingsgevoel kwijt, bedankt Liuwe :/ Perspectief heeft met die "bolling" te maken... De dunne rechtopstaande kanten van de kam zijn gewoon perfect recht Nog beter kijken
Je bedoelt zeker de oost- en westkant van de kam? Of het kwaad kan dat de toetskant van de kam loodrecht op het bovenblad staat, weet ik niet; de trillingen zullen zeker op dezelfde wijze door de kam gaan, voor de klank zal het niks uitmaken, of in ieder geval niks hoorbaars. Maar op dit fotum zitten mensen met ongelooflijk goede oren (en ogen), die nemen zeker iets waar. Vermoedelijk zijn het dezelfde mensen die indertijd een verchroomd stickertje in hun huiskamer plakten (maakte niet uit wáár) om de geluidskwaliteit van hun pas gekochte cd's te verbeteren..En dit laatste is ook nog een keer historisch, ergens midden tachtiger jaren!