Zelf heb ik als 2e viool Sonja van Beek begeleid met een amateurorkest bij het vioolconcert van Philip Glass. Beter te pruimen dan atonale muziek van (Schoen)Berg, Misschien een beetje simpel met al die herhalingen, maar daardoor wel toegankelijk. Ook Reich en Adams comperen "minimale muziek" zoals deze stijl heet. GLASS, Philip (1937) 1e deel 2e deel 3e deel
hallo mooie stukken zijn dit! Ook vind ik het erg leuk zoals u de filmpjes maakt , met de partituur in beeld.zo krijg ik een inzicht in de stukken. 1 vraag: in maat 14 staan er 3 noten onder elkaar, maar een viool kan tog geen 3 noten tegelijk spelen??
Bij maatcijfer 14 (niet de 14de maat want die is eerder) staan akkoorden met Tmps in kleinere noten dan de solopartij. Dat zijn dus trompet akkoorden. Bij maatcijfer 27 na 3.50 minuten speelt de viool solo wel 4 noten tegelijkertijd als akkoord. Omdat een violist maar 2 snaren tegelijkertijd kan aanstrijken strijkt z/hij in 1 beweging eerst de onderste 2 snaren en dan de bovenste 2 snaren aan (en verkort de snaar door met de linkerhand de snaren op de zwarte toets te drukken). Bij het 3e akkoord met 3 noten strijkt hij eerst 2 snaren aan en dan de hoogste snaar van die 2 met de daarbovenliggende snaar en gebruikt dus 3 snaren voor dat akkoord, ook in 2 bewegingen achter elkaar.
bedankt. dat is duidelijk. Word bij meerdere noten onderelkaar altijd de dunste snaar als eerste aangestreken? en is er een apart tekentje wanneer de dikste snaar als eerst moet worden genomen van de 3 of 4? Ook snap ik niet waarom deze nootjes dan niet vlak achter elkaar gezet worden i.p.v recht onder elkaar
Je begint standaard met de laagste snaar voor dat akkoord. Soms is het nodig om een hogere positie te nemen om het akkoord aan te strijken. Het zou idd logischer zijn als een akkoord over 3 of 4 snaren na elkaar wordt genoteerd, maar door de noten onder elkaar te zetten geeft de componist aan dat het in 1 doorgaande beweging gestreken moet worden (van laag naar hoog dus)
Vieuxtemps, Op het gevaar af voor een jeweetwel te worden versleten: uitgerekend bij Vieuxtemps maar ook in het geval van Lipinski worden akkoorden soms van 'boven naar beneden' gespeeld. Hopf
Komt ook voor in de Chaconne van Bach voor vioolsolo: neem bijvoorbeeld maat 9 t/m 14. Deze structuur komt nog een paar keer voor. Echter niet iedere violist speelt de voortgaande melodielijn waardoor het bij die mensen een beetje 'hakkerig' wordt. Ik vraag me dan altijd af of ze de muziek wel begrepen hebben, want ik vind het eigenlijk ontoelaatbaar om het zo uit te voeren. Frits