werktuigen

Discussie in 'Viool' gestart door Sunrise, 10 jul 2006.

  1. Sunrise

    Sunrise Johan Lommelen

    Lid geworden:
    9 jun 2006
    Berichten:
    183
    Liuwe, indien de oude meesters uit Cremona niet zo'n goede werktuigen hadden als vandaag, zoals je eerder stelde, hoe kan het dan dat de resultaten van bv. Stradivari, Amati, Bergonzi e.a. zo ontzettend precies gebouwd zijn...?
     
  2. liuwe

    liuwe liuwe van der meer

    Lid geworden:
    26 aug 2005
    Berichten:
    1.484
    Sorry, maar dat heb ìk nooit gesteld! (k) Even de vorige mails goed doorlezen, Sunrise! (d) Ik heb in Cremona Stradivari's gereedschap gezien: prachtig spul, niks primitiefs aan. Maar ik blijf erbij dat je bepaalde dingen aan de huidige Stradivari's en andere instrumenten niet meer kunt waarnemen omdat er tientallen mensen aan hebben gewerkt. en die probeerden ook telkens weer hun sporen uit te wissen..
     
  3. Sunrise

    Sunrise Johan Lommelen

    Lid geworden:
    9 jun 2006
    Berichten:
    183
    Mijn excuses, Liuwe; ik had je met een ander forumlid verward. Sorry.
     
  4. remi

    remi ♫ ♪

    Lid geworden:
    11 mei 2004
    Berichten:
    1.726
    Sunrise,


    Deze reactie was volgens mij, van mij.


    Ik bedoelde er me te zeggen dat men 250 a 300 jaar terug geen Ibex schaafjes had met Duritan stalen beiteltjes of carbonstaal ter beschikking had, geen Mitutoyo dikte meters. Geen oscilloscopen. Eigenlijk zeer weinig ten opzichte van nu.

    Ik heb de dikte meters van Antonio op foto’s gezien, de gereedschappen die over zijn gebleven (zijn ze echt, ik bedoel echt uit die tijd). Antonio en de anderen hadden geen lintzaag, maar zaagde met de hand (beugelzaag), kochten zij de zaagjes, werden deze geslepen? Er zijn natuurlijk honderden zo niet duizenden vragen die helaas onbeantwoord blijven, tot we kunnen reizen in de tijd.
    Helaas heb ik tot nu toe nog steeds niet eens een complete viool gebouwd, en blijft het voorlopig bij losse onderdelen. Gelukkig wel een echt stuk Fichte op de kop kunnen slaan en aan elkaar gelijmd. Niet tevreden over de lijmnaad, dus die moet los (hij is te groot, te grof).

    Die oude heren hadden misschien minder fraai gereedschap maar wisten wel wat bouwen is.
    Nou is een viool te complex om zo wie zo als amateur een uitspraak te doen over de geheimen van de vioolbouw en natuurlijk HET geheim van de aller grootste maar zelf denk ik dat het aan de ene kant te maken heeft gehad met de bouwstijl (barok) en aan de andere kant met het/een gevoel voor klank, een gevoel dat toen heel normaal was.
    Bedenk wel, geen MP3, geen TV, geen MTV. Maar wel de kans een hofleverancier te worden als je goed klinkende instrumenten maakte.
    De kans om een hoop instrumenten op bestelling te mogen bouwen, maar wel heel fraai, voor een koning.

    Is er eigenlijk een verhouding tussen de dikte van het bovenblad en de breedte van de nerf van het bovenblad, ik bedoel de jaar ringen, grof of fijn, is het een kwestie van gevoel?

    Remi
     
  5. Oosterhof Vioolbouw

    Oosterhof Vioolbouw Frits Oosterhof Beheerder

    Lid geworden:
    29 mrt 2003
    Berichten:
    14.328
    Homepage:
    Remi,

    Hoewel dit wederom off-topic is, tenzij we een bovenblad als een werktuig beschouwen:

    Aangezien niemand hier nog op gereageerd heeft wil ik een poging wagen. [Mede gezien in het licht van het weer vlot trekken van de discussie, die nu inactief is].

    Het antwoord op je vraag moet zijn: ja, er is wel degelijk een verband tussen de afstanden tussen de jaarringen en de dikte van het bovenblad. Dat heeft alles te maken met de modulus of te wel, de flexibiliteit als functie van de massa. M.a.w. een blad met wijde jaarringen zal dikker moeten zijn dan eentje met de jaarringen heel dicht bijelkaar. In het laatste geval kun je en moet je zo’n blad ook veel dunner maken omdat er anders te weinig veerkracht in zit en daarom het blad te star blijft. Naar mate je het blad dan op dikte brengt komt het gevoel om de hoek kijken: op de oude manier zoals de ‘meesters’ het deden: buigen en torderen met de handen, om te voelen waar nog wat materiaal verwijderd dient te worden. Of een andere manier: de trillingspatronen zichtbaar maken met een handvol electronica en theeblaadjes en afstemmen in de drie bekende moduli à la Hutchins en consorten.
    Nu hangt het er ook nog maar weer vanaf of het bovenblad een uiniforme dikte gaat krijgen of dat er een dikteverdeling gerealiseerd moet worden. Met dat laatste kun je weer bepaalde gebieden ‘optimaliseren’ voor bepaalde frequenties.

    Ik streef er meestal naar bovenbladen in mijn bezit te krijgen, die zo’n 8 –10 jaarringen per cm hebben. Er zijn tonewood suppliers die ingaan op je wens aangaande het aantal jaarringen per cm. Zij proberen dan aan die wens te voldoen.
     
  6. remi

    remi ♫ ♪

    Lid geworden:
    11 mei 2004
    Berichten:
    1.726
    Frits,

    Wat jij schrijft over de verhouding tussen de onderlinge verhouding tussen de jaarringen en de dikte van het bovenblad is precies wat ik bedoel. Maar de grote vraag blijft voor mij, hoe wisten de oude grootmeesters de juiste verhoudingen aan te houden, is dat misschien een van de geheimen van de oude Italianen.
    Wisten zij puur door ervaring en leergang hoe de verhouding tussen nerfafstand en dikte van het bovenblad? Op welke plaatsen juist wat te laten zitten en waar juist wat te verwijderen.

    Kijk ik echter naar de vele reparaties die op sommige (concert) violen zijn uitgevoerd, het aantal voeringen en diamantjes welke zijn geplaatst. Dan is er nauwelijks sprake van een origineel bovenblad. En toch zijn dit vaak de grote violen, meesterinstrumenten!
    Veel bespelen betekend veel slijtage, veel risico op schade. En na c.a 350 jaar kan dit behoorlijk oplopen. En dan toch, de reparaties en herstellingen, aanpassingen (niet te vergeten) leveren die oude instrumenten een pracht van een klank.

    Ik heb inmiddels een stuk fichte weten te bemachtigen, heb het gelijmd (de lijmnaad is te groot, te zichtbaar), dus moet het over, het moet goed zijn.
    Ik heb nog wel wat zitten klooien met wat kleurlak en wat stukjes met olie en spirituslak bewerkt (probeersels), maar het moet over.
    Van elkaar zagen (lijkt me) en geheel opnieuw beginnen, inclusief de talkpoeder methode.

    Wat de gereedschappen betreft, om daar op terug te komen.

    Als ik naar al die plaatjes, de etsen kijk en zie waarmee de oude instrumentbouwers hun werk moesten doen, heb ik enorm veel bewondering voor wat ze maakten. Ik zag laats een oude waterslijpsteen, met riemen aangedreven, een enorm geval van ik denk 80 of 90 cm doorsnee, c.a. 20 cm breed, in een waterbak en… zoals ik al schreef aangedreven door een aantal riemen (met pedalen). Een scharensliep.
    Als we dan de Tormek aan mogen slingeren en alle hulpstukken voor het rond of vlak slijpen onder een van tevoren vast gestelde hoek bekijken denk ik wel eens dat we zijn gezegend met mogelijkheden en gereedschap, slijpen met diamant, wetten onder precies de juiste hoek, schaapstalen die superscherp zijn. Nee aan de mogelijkheden en materialen ligt het dus niet!


    Hoe heet dat woord ook al weer….


    Oh ja,

    VAKMANSCHAP

    Remi
     

Deel Deze Pagina