Het nummer 5027 refereert aan Bulgarije! (Postcode). Zou best wel eens de herkomst van de viool kunnen zijn.
Ik weet helemaal niet of het een postcode is, maar er zit er wel eentje die behoort bij Bulgarije. Anders gezegd: ik verzin maar wat. Want 5027 kan ook Tilburg zijn. Het zou natuurlijk wel een methode kunnen worden om de herkomst aan te geven met een cijferreeks. Maar ja, waarom dan niet gewoon een etiket erin? Gaat veel eenvoudiger.
Over de herkomst van de viool van Matthijs: Let op de hoeken ten opzichte van de randen van de bladen. De foto's spreken wat dit betreft duidelijke taal. Zie dit draadje: https://strijkersforum.nl/threads/hoe-identificeer-je-de-herkomst-van-een-viool.3888/ Derhalve Markneukirchen, Schönbach (sorry, misschien een open deur)
Alle afmetingen van het corpus zijn standaard voor een viool 4/4.Frits Oosterhof dacht dat de toets te kort was, maar dat is niet het probleem: de f- gaten zitten 10 mm verder naar boven: 19,5 ipv 18,5. Daardoor zit de brug ook 10 mm verder en is de snaarlengte 33,5 ipv 32,5. Heb geëxperimenteerd met de plaats kam en stapel , maar de klank werd steeds doffer niet prettig. Heb gemerkt dat als de snaren a=440 gestemd zijn en de kam en stapel vanuit de keping van het f- gat zijn geplaatst het geluid het beste is ( a=442 is te scherp). Kan natuurlijk ook een ebbenhouten fret bij het eindblok plaatsen maar dan is de toets weer te kort. Houd het voorlopig op huidige situatie. Voordeel is meer hout vanaf f-gat naar de rand, dus minder kans op scheuren bovenblad. Heb 100den foto’s van violen bekeken en vind alleen grote afwijkingen f-gaten bij Bulgaarse violen, maar experts zoals jullie zijn weten wellicht meer. Misschien kan Muzirene ook eens meten hoe haar f-gaten geplaatst zijn Met vriendelijke groeten, Matthijs
Reactie op RolandS en bijbehorende bestanden Fantastische informatie: alle gegevens van Markneukirchen/Schönbach kloppen bij mijn viool, behalve de opmerkingen bij de Krul : de cannelure loopt volledig door , en de inleg: prachtig zwart-wit- zwart. D gegevens van Mittenwald kloppen niet. Er zijn geen hoekklossen aangebracht . Vanwege het mooie geluid toch zeer tevreden over mijn kostbare viool. Hartelijk dank !!!
Tilburg had een bloeiende vioolbouwgeschiedenis overigens in de vorm van de Kessels fabrieken rond de vorige eeuwwisseling. Probleempje is alleen dat de postcodes destijds nog niet waren uitgevonden. Het ontbreken van hoekklossen is meestal geen teken dat het gaat om een kostbaar instrument!
GELUID is voor mij belangrijker dan geld of goede naam, dus ik heb een kostbaar/geliefd instrument zonder vitrine of last van inbraak. Heb trouwens op internet jaren geleden een afbeelding gedownload met precies dezelfde maten als mijn viool: let op de vreemde plaats van de f- gaten. Kan echter de herkomst of boek niet achterhalen.
Voor het gevoel en de subjectieve beleving mag iets gerust heel kostbaar zijn maar dat staat uiteraard geheel los van de waarde in geld.
Wanneer alle afmetingen van het corpus van dit instrument standaard zouden zijn voor een 4/4-viool, dan zou ook de mensuur moeten kloppen en dat doet het niet! Dus de afmetingen zijn niet standaard! Ook als de f-gaten 10 mm hoger geplaatst zijn (dus richting krul) dan nog moeten de inkepingen in de f-gaten op de juiste positie zijn aangebracht teneinde te voldoen aan de mensuur die 2:3 moet zijn*. Het kielhoutje zit daarom te ver naar de kam toe waardoor de trillende snaarlengte ook nog eens te kort wordt. Kam én stapel verplaatsen heeft weinig zin: het is óf het één, óf het ander. Want de kam verplaatsen kan hetzelfde effect hebben als de stapel verplaatsen. Als het instrument goed gebouwd is en geënt op de juiste mensuur dient de kam op de juiste plek te staan. Daarna kan er gezocht worden naar de optimale positie van de stapel met vooral de juiste klemspanning. *Voor de mensuur bestaan twee methoden: de zogeheten A: 5/7-deling en de B: 2/3-deling. A: Lengte rand tot f-kerf: 194 mm. Inlaten hals: 5mm. (194 – 5)= 189mm /7 → 27mm 5 x 27mm = 135mm voor de halslengte De snaarlengte is dan: (135-5) + 194 = 324 mm B: 2:3-deling De afstand van de rand tot de f-kerf wordt door 3 gedeeld → 65mm De halslengte wordt dan (2 x 65mm) + randbreedte inclusief inleg = 130 + 4 = 134mm Bij te hoog geplaatste f-gaten moet de halslengte iets langer worden. Bij dit instrument is de halslengte extra kort door de verkeerde plaats van het kielhoutje. Of er meer sterkte ontstaat doordat de f-gaten verder van de rand af liggen is maar ten dele waar. Als de f-gaten goed gesneden zijn is er met de dikteverdeling voldoende sterkte opgebouwd in relatie tot de posite.