Wanneer je 10 lagen lak opbrengt om de gewenste kleur te krijgen is het totale lakpakket veel te dik. De laklaag zal een respectabele bijdrage leveren aan demping. Er wordt wel gezegd dat de beste Italiaanse violen die waren welke de dunste lak hadden. Maar let wel: dit mag je niet omkeren tot: een viool met een of twee lagen lak klinkt het beste. Om nu toch met een laag of vier olielak de gewenste kleur te krijgen moet er een sealer (gelatine) en grondlaag worden opgebracht die er voor zorgt dat de kleurintensiteit aanzienlijk toeneemt. De kleurcomponent moet niet het hout binnen dringen en zo aan kleurintensiteit verliezen. Om dat tegen te gaan is de sealer. Er is een firma die een prima gronderingsproduct levert maar wel erg duur is (het zal ook eens niet!) In de sectie 'Resources' is hun lakschema te zien en te bestuderen. Vergeet als laatste niet de transparante deklaag die er voor zorgt dat er diepte in de laklaag komt! Deze laag kan bovendien wat matter gemaakt worden waardoor er de gewenste patina kan worden aangebracht.
Dat hangt geheel van de intensiteit af. Met TL-UV lampen zal het reuze meevallen. Maar beter is natuurlijk er niet onnodig lange tijd inkijken.
Veel dank voor de tips! Ik heb van Hammerl een grondlak, kleurlak en deklaag besteld. Het proefstukje dat ik toonde, had ook 1 grondlaag onder de kleurlak. Is die kwaliteit dan onvoldoende? Of moet ik meerdere grondlagen aanbrengen (wat de klank ook weer niet ten goede zal komen)? Voor het matter maken heb ik tripolipoeder in huis gehaald.
Voordat er een (gekleurde) grondlaag wordt opgebracht moet er eerst een 'sealer' op het hout komen. Die fungeert als een soort barrière, om te voorkomen dat de grondering gaat uitwaaieren en intrekt in het hout. Als dat gebeurt neemt de intensiteit van de kleur aanzienlijk af omdat de kleurcomponent wordt verdeeld over een groter oppervlak. Het is bovendien dan ook heel moeilijk egaal op te brengen. De bedoeling is dat de kleur niet in het hout komt maar in de lak. Dus daarom eerst een sealer: gelatine (Technical Grade). De grondering kan bestaan uit een gekleurde component. Hoe donkerder die is des te minder gekleurde laklagen er op moeten om de eindkleur te bereiken.
Leuk en leerzaam om al je vorderingen te volgen, zelf ben ik ook al een tijdje bezig met een alt viool te maken. Maar door andere werkzaamheden kan ik zo af en toe wat aan de viool doen. Maar erg boeiend om ermee bezig te zijn!!
Ja het is erg boeiend om zo kennis te maken met die wereld. Na het vullen, sealen en gladmaken zit nu de eerste grondlaag erop. Die droogt trouwens ook zonder UV-lampen een stuk sneller dan de kleurlak.
Voor de lakken van Hammerl is helemaal geen UV kast nodig: ze bevatten een siccatief (droogmiddel) Ik zou het instrument trouwens liever lakken zonder de toets er op. Je kunt dan kiezen voor een z.g. valse toets, een stukje hout, triplex of desnoods hardboard over het lijmvlak tussen toets en hals. Het hele bovenblad is dan bereikbaar voor de lakkwast
De olielakken van Hammerl (producent Joha), bevatten bij mijn weten geen siccatief. De begeleidende informatie meldt dat het drogen van een enkele laag olielak een droogtijd heeft van 1 tot 5 dagen! ÖLLACK, STANDARD QUALITÄT JOHA® Öllack, Standard. Deze lak bevat een mengsel van natuurlijke harsen en synthetische harsen, opgelost in terpentijn en lijnolie. Deze lak heeft heel goede vibratie-eigenschappen en heeft een slijtvast oppervlak. Hij droogt heel snel voor een olielak. Ca. 1-5 dagen per laag. Met een paar druppels siccatief kan dat verkort worden, teveel siccatief toevoegen heeft invloed op de eigenschappen van de lak. Dat staat er niet bij maar het is wel zo, tenminste wanneer het siccatief een kobaltverbinding is. Dat houdt dus in dat het product zoals aangeleverd droogt door de reactie met zuurstof uit de lucht (bij een niet te lage temperatuur) en derhalve tijd nodig heeft.
Ik heb het niet gemeten maar mijn indruk was dat met UV-lamp de droogtijd in de buurt van 2 dagen lag en zonder in de buurt van 3 dagen. Het is nogal een bandbreedte, 1-5 dagen...
Die bandbreedte heeft natuurlijk te maken met de dikte van de opgebrachte laag. Je kunt de olielak ook enigszins verdunnen waardoor de opgebrachte laag dunner zal zijn en derhalve eerder droog is.
De Oude Hammerl heeft mij in de tachtiger jaren der vorige eeuw ooit zelf iets verteld over "Trockenmittel" in zijn "Geigenläcke" maar wellicht heb ik hem toen toch verkeerd begrepen.
Olielak opbrengen met de vingers, dat wil zeggen, een nitrilhandschoen aantrekken en dan de lak zo egaal mogelijk verdelen over het oppervlak, geeft een heel dunne laag. Die laag zal daarom veel sneller drogen dan een die met de kwast is opgebracht. Het drogen vindt altijd plaats aan het oppervlak van de laklaag, die voor droging zuurstof (uit de lucht) en temperatuur nodig heeft. De eronder liggende laag wordt dan afgesloten waardoor die bij een (te) dikke laag onvoldoende droogt om een volgende laag op te kunnen brengen. Gebeurt dat tóch, dan kan het zijn dat de lak pas na vele jaren droog is.
Na de eerste paar lagen weer een hoop geleerd... ik had met een groter proefstuk moeten oefenen. Dan had ik gemerkt dat de lak eigenlijk te dik was, waardoor er kwastvegen zichtbaar bleven. Het heeft ook vast aan (het ontbreken van) de strijktechniek gelegen. Achteraf gezien had ik misschien die eerste kleurlaag gewoon direct moeten verwijderen. Maargoed. De tweede en derde kleurlaag verdund en dat ging beter. De kwaststreken van de eerste laag worden langzaam ook wat minder zichtbaar. Hier vanuit de beste hoek gezien. Ondertussen ga ik eens aan de slag met het voorbereiden van de kam. (En stiekem alvast beginnen met de tweede viool... kan ik al het geleerde in de praktijk brengen)
Ik zou nog kijken hoe de "Groten der Aarde" hun randen en vleugels vormgaven: dat is vaak iets ronder.
Als je geen kopieën bouwt hoef je je ook niet druk te maken of bepaalde onderdelen wel voldoen aan die van de grote meesters. Ik zou gewoon een eigen vorm c.q. stijl aanhouden. Je kunt later altijd nog een poging wagen een 'Messiah' na te bouwen inclusief het antiek maken, wat weer een vak apart is.
Ik beweer ook niet dat er perse kopieën gebouwd moeten worden en al helemaal niet dat er antiekmakerij aan te pas moet komen (ben ik geen voorstander van) Als die Gerritsen zo doorgaat en zijn randen en inlegtechniek nog verbetert, komt hij er wel!